
Minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, Dirk Currie, heeft vandaag tijdens een interview de uitdagingen en prioriteiten voor het Surinaamse onderwijs uiteengezet. Hij onderstreepte het belang van gelijke kansen voor alle schoolkinderen, ongeacht hun achtergrond of de maatschappelijke positie van hun ouders.
“Het is essentieel dat elk kind de mogelijkheid krijgt om succesvol door het onderwijsproces te gaan. Dat vormt de basis voor hun toekomstige deelname aan het arbeidsproces en het maatschappelijk leven,” zei de minister. Volgens Currie vormen schoolbenodigdheden slechts één onderdeel van een veel bredere aanpak om onderwijs voor iedereen toegankelijk te maken.
Een onderwerp dat tijdens het gesprek naar voren kwam, was het gebruik van tweedehands schoolboeken. Veel leerlingen krijgen boeken die eerder door hun ouders, of zelfs door hun grootouders, zijn gebruikt. Minister Currie erkende dit fenomeen en gaf aan dat het belangrijk is om dit in een bredere context te zien: “Het hergebruiken van boeken is een praktische oplossing, maar het toont ook de noodzaak om het onderwijs verder te moderniseren en te digitaliseren. Het doel is om op termijn volledig digitale leermiddelen in te zetten. Dat zal distributieproblemen en kosten aanzienlijk verminderen en gelijke toegang voor alle kinderen waarborgen.”
Currie benadrukte dat digitalisering tijd en investeringen vraagt, maar dat het op lange termijn voordelen oplevert voor het hele onderwijssysteem. “Totdat dit volledig is gerealiseerd, blijven hardcopies noodzakelijk, samen met een breed scala aan andere maatregelen zoals schooltransport, voeding van leerlingen, voldoende gekwalificeerde leerkrachten en adequaat ingerichte schoollokalen,” aldus de minister.
Verder legde Currie uit dat het ministerie komend schooljaar prioriteit geeft aan vroegtijdige begeleiding van leerlingen. “We wachten niet tot het einde van het schooljaar om achterstanden vast te stellen. Vanaf het eerste kwartaal krijgen kinderen die extra hulp nodig hebben gerichte ondersteuning. Gepensioneerde leerkrachten en afgestudeerde onderwijsprofessionals worden aangemoedigd om hun kennis en ervaring in te zetten voor begeleiding van leerlingen,” zei hij.
Het vertrek van leerkrachten naar het buitenland blijft een uitdaging. Currie erkende dat dit niet alleen in het onderwijs voorkomt, maar ook in sectoren zoals de gezondheidszorg. “Het is een wereldwijde competitie. We moeten mensen een veilig, gezond en bevredigend bestaan bieden in Suriname, waarbij beloning, goede scholen, volksgezondheid en veiligheid belangrijke factoren zijn,” legde hij uit.
Tot slot benoemde de minister de strategische prioriteiten van de regering: onderwijs, volksgezondheid en veiligheid. “Deze drie aandachtsgebieden krijgen speciale focus, maar we blijven ook andere sectoren monitoren en ondersteunen. Het is van groot belang dat onze jongeren goed worden voorbereid, zodat zij als goed opgeleide en gespecialiseerde professionals kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van Suriname,” besloot Currie.
Minister Currie onderstreepte dat een gezamenlijke inspanning van overheid, onderwijsprofessionals, bedrijven en samenleving nodig is om ervoor te zorgen dat alle Surinaamse kinderen een gelijke kans krijgen op succes in hun schoolloopbaan en een veelbelovende toekomst. Het gebruik van boeken van eerdere generaties benadrukt volgens hem zowel de veerkracht als de noodzaak van voortdurende vernieuwing in het Surinaamse onderwijs.
Richard Rostamkhan