
De eerste dag van het China LAC Influencersprogramma zit erop. Terwijl ik dit schrijf, lig ik uitgeput maar voldaan in bed – vastbesloten dit stukje af te maken vóór ik in slaap val. Of dat me echt gaat lukken, is nog even de vraag.
Vol goede moed begonnen we deze zondag, al worstelden we nog een beetje met de jetlag, aan een behoorlijk intensief programma.
Eerste stop: het museum van de Chinese Communistische Partij. Het blijft indrukwekkend om daar rond te lopen, al is de hoeveelheid informatie in korte tijd bijna overweldigend. Elke verdieping van het gigantische gebouw is zo ingericht dat je het gevoel krijgt zelf in het historische verhaal te stappen. Van levensgrote foto’s met video-effecten tot een 4D-rollercoaster die je meeneemt op een vlucht door China – werkelijk overal is aan gedacht. Van eeuwenoude wapens en de eerste auto die China produceerde tot het bezoek van Chinese leiders aan het Witte Huis in Washington: alles is vastgelegd. Het voelde voor mij nog steeds net zo nieuw als de eerste keer.
Daarna stond het ‘Not Pot’ hotpotrestaurant op het programma. Een andere beleving dan we gewend zijn: de ingrediënten kwamen als een treintje langs onze tafel en werden steeds aangevuld. Leuk en lekker, maar eerlijk is eerlijk – onze gedachten gingen vooral uit naar de volgende bestemming: de Chinese Muur, een van de zeven wereldwonderen.
Voor mij persoonlijk een absoluut hoogtepunt.
De oudste delen van de Muur stammen uit de 7e eeuw v. Chr., gebouwd door verschillende koninkrijken ter verdediging. Later liet keizer Qin Shi Huang, de eerste keizer van een verenigd China, de losse stukken samenvoegen tot één groot verdedigingswerk. Tijdens de Ming-dynastie (14e–17e eeuw) kreeg de Muur de vorm zoals we die nu kennen: met bakstenen versterkt, voorzien van wachttorens en garnizoensplaatsen.
In totaal meet de Muur zo’n 21.000 kilometer (inclusief zijmuren en vertakkingen). Gemiddeld is ze 6 tot 7 meter hoog, met uitschieters tot 14 meter. En met een breedte van 4 tot 5 meter konden zelfs soldaten en paarden eroverheen.
Een indrukwekkend bouwwerk – net als onze poging om helemaal naar boven te klimmen.
Dat is ons niet gelukt, al kwamen we aardig ver. De tijdsdruk speelde mee, maar eerlijk gezegd had ik op een gegeven moment ook gewoon het gevoel dat mijn tong uit mijn mond hing.
Hoe dan ook: we did it – en ik kan dit avontuur met een gerust hart van mijn lijstje afstrepen.
Of het slim was om daarna nog een kunstgalerij te bezoeken, waar nota bene het grootste schilderij ter wereld hangt, laat ik even in het midden. Vermoeidheid had de groep al een beetje ingehaald, maar de aanwezige kunstenaar wist onze aandacht toch te grijpen.
Veel te laat – en met flinke trek – keerden we terug naar het CUC International Hotel. Terwijl ik me klaarmaakte om in slaap te vallen, schoot me de quote te binnen die ik eerder op de Muur las:
“Je bent pas een man als je de Muur hebt beklommen.”
Een man ben ik er niet van geworden, maar wel een prachtige ervaring rijker.
Gail EIjk

De Surinaamse influencers bij de Chinese Muur