De strafzaak in Suriname rond de illegale landingsbaan en het begraven vliegtuig te Doewatra heeft vandaag geleid tot zware veroordelingen, waarbij Joel “Money Hond” Martinus de hoogste straf opgelegd heeft gekregen. Martinus, die als centraal figuur in het onderzoek wordt genoemd, verscheen niet op de zitting en maakte geen gebruik van zijn recht op het laatste woord.

Kantonrechter Maureen Dayala gelastte daarop zijn gevangenname bij verstek. Hij krijgt nog veertien dagen de gelegenheid om verzet aan te tekenen tegen het vonnis. SUN was in de rechtszaal aanwezig waar het vonnis is geveld.

Volgens de rechter is bewezen dat Martinus betrokken was bij een criminele organisatie die zich bezighield met het binnenbrengen van drugs in Suriname. Hoewel er geen drugs werden aangetroffen, reageerde een drugshond positief op de locatie. Daarnaast werd een begraven vliegtuig ontdekt en een illegale landingsbaan, die volgens de rechtbank een duidelijke link vormen met georganiseerde drugssmokkel.

Martinus is veroordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf en een geldboete van SRD 90.000, met 8 maanden hechtenis als vervangende straf bij niet-betaling. De Toyota Hilux die bij de zaak betrokken was, is onttrokken aan het verkeer en verbeurd verklaard.

Ook de medeverdachten Jongaman en Bowbow zijn schuldig bevonden.

Anonieme getuigen verklaarden dat het vliegtuig bewust werd begraven; deze verklaringen worden als betrouwbaar beschouwd. Bowbow verklaarde bovendien dat hij pakketten had gezien die op een specifieke wijze waren verpakt, wat volgens de rechter past binnen drugstransportmethoden.

Jongaman kreeg een straf van 6 jaar gevangenis en een boete van SRD 60.000 opgelegd. Bij uitblijven van betaling volgt 5 maanden vervangende hechtenis. De onderdelen van het vliegtuig zijn verbeurd verklaard.

Voor Bowbow achtte de rechtbank eveneens bewezen dat hij samen met anderen drugs het land heeft trachten binnen te brengen. Zijn straf is conform de ernst van de feiten opgelegd.

Rechter Dayala benadrukte dat de handelingen van de verdachten “duidelijk wijzen op georganiseerde criminaliteit en een ernstige aantasting van de rechtsorde.”

Martinus werd in mei 2025 in Brazilië gearresteerd op basis van een internationaal opsporingsbevel (Red Notice) van Interpol. Na een juridische strijd werd hij in juni 2025 uitgeleverd aan Frankrijk, waar hij werd gezocht voor drugshandel. In oktober 2025 is Martinus in hoger beroep in Frankrijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaar voor cocaïnesmokkel.