De DNA-leden Asiskumar Gajadien en Dew Sharman, beiden van de VHP, hebben vandaag in een brief aan president Chandrikapersad Santokhi, gevraagd om de Production Sharing Contracts (PSC) die Staatsolie gesloten heeft met offshore oliemaatschappijen, met de meeste spoed openbaar te maken. “Indien dit om redenen van confidentie vooralsnog niet mogelijk mocht blijken, verzoeken wij u om tot de tijd van openbaarmaking, geen enkele nieuwe PSC met geen der internationale oliebedrijven te tekenen”, is de oproep van deze DNA-leden richting de president. De VHP’ers hebben de brief door tussenkomst van DNA-voorzitter Marinus Bee gericht aan de president.
Ze onderbouwen hun verzoek met een aantal overwegingen. “Op grond van artikel 41 van de Grondwet natuurlijke rijkdommen en hulpbronnen eigendom zijn van de natie en derhalve dienen te worden ingezet in de economische, sociale en culturele ontwikkeling. Aan Staatsolie Maatschappij Suriname (Staatsolie) ingevolge het Decreet Mijnbouw exclusief recht is toegekend tot verkenning, exploratie en exploitatie van petroleum. Ten aanzien van het bovenstaande, zoals door Staatsolie bekend gemaakt, reeds offshore contracten i.c. Production Sharing Contracts (PSC) zijn getekend, waarvan de ‘modelovereenkomst’ is gepubliceerd op hun website. Volgens Staatsolie de ondertekende PSC’s niet bekend gemaakt kunnen worden, omdat die vallen binnen de afspraken over geheimhouding. Vanwege transparantie en accountability naar het volk van Suriname toe en vanwege discussies in Guyana behoren de PSC's zo snel als mogelijk openbaar gemaakt te worden zoals in Guyana. In Guyana al geruime tijd kritieken rijzen met betrekking tot onder andere kostenbeheersing, milieueffecten en de inkomsten. Men vraagt daar naar heronderhandelingen van de contracten. Om dit soort zaken zoveel als mogelijk te kunnen voorkomen, zou het wijs zijn om volledige transparantie te bekrachten met betrekking tot de PSC's door Suriname getekend. Nog steeds onduidelijk is wie verantwoordelijk gesteld zal worden bij een eventuele milieuramp. Het bovendien onduidelijk is of de modelovereenkomsten op de website van Staatsolie identiek dan wel gelijkluidend zijn als de bedoelde PSC's”, aldus de overwegingen van de DNA-leden om de brief te richten naar de president.
In Suriname valt de Product Sharing Contract onder een geheimhoudingsplicht. Wel is er een modelovereenkomst op de website van Staatsolie te vinden. Naast de royalty van 6.25% op de totale olieopbrengsten, is het erg ingewikkeld om onze inkomens vast te stellen. Er zal wel een inkomstenbelasting van 36% geheven worden. Het is moeilijk te achterhalen over welk deel dit geldt. Ook de verdeling van de Profit Oil tussen het internationale oliebedrijf en Staatsolie is een ware puzzel. Het zou een welkome, sympathieke en transparante daad zijn als Staatsolie de mogelijke inkomens van de eerste 5 jaar zou bekendmaken. Wel is duidelijk in de modelovereenkomst dat het Internationale bedrijf de aansprakelijkheid met betrekking tot rampen en milieuschade tijdens de olieboringen op zich neemt. In geval er geen sprake is van nalatigheid van dit bedrijf, zal zij deze kosten opvoeren als Cost Oil.
