
De moord op de Russische journalist Darja Doegina afgelopen weekend werd gepleegd door de geheime dienst van Oekraïne, stelt de Russische veiligheidsdienst FSB. Uit onderzoek van deze dienst zou blijken dat een geheim agent verantwoordelijk is voor de bomaanslag in de buurt van Moskou. Ze zou Rusland na haar daad zijn ontvlucht. Het gaat volgens de FSB om Natalya Pavlovna Vovk, schrijft staatspersbureau Ria Novosti. De Oekraïense vrouw zou samen met haar 12-jarige dochter een appartement hebben gehuurd in het gebouw waar Doegina woonde. Op die manier hield de Oekraïense geheim agent haar doelwit bijna een maand in de gaten, is de lezing van de Russische veiligheidsdienst. Zaterdag, op de dag van de aanslag, waren de moeder en dochter aanwezig op een festival waar Doegina op de eregastenlijst stond. Na een bezoek aan dit evenement explodeerde de suv van de 29-jarige journalist tijdens het rijden. Doegina was op slag dood. Aanvankelijk werd er rekening mee gehouden dat mogelijk haar vader Aleksandr Doegin, een prominent ideoloog in Rusland, het eigenlijke doelwit was. Maar de conclusies van de FSB spreken dat tegen.
Gevlucht naar Estland
Volgens de FSB ging het om een gecontroleerde explosie. In het bericht van Ria Novosti staat niet expliciet vermeld of Vovk de autobom van afstand tot ontploffing heeft gebracht. Wel meldt de FSB dat de Oekraïense samen met haar dochter in een Mini Cooper is gevlucht. Het tweetal zou via Estland Rusland hebben verlaten. In het artikel wordt Vovk ook in verband gebracht met het Azov-bataljon, het onderdeel van de Oekraïense Nationale Garde dat door Rusland is bestempeld als terroristische organisatie. Hackers zouden hebben aangetoond dat ze lid is van dat bataljon.
Oekraïne heeft betrokkenheid ontkend
Oekraïne heeft nog niet gereageerd op de beschuldigingen. Eerdere aantijgingen dat Oekraïne iets te maken zou hebben met de aanslag zijn door de regering in Kiev ontkend. Een oppositiepoliticus uit Rusland stelt dat een Russische verzetsbeweging achter de bomaanslag zit. Maar ook daarvoor is geen bewijs, onder meer omdat het onduidelijk is of dit 'Nationaal Republikeins Leger' wel bestaat. (NOS)