Tijdens een spoedpersconferentie die de regering gisterenavond heeft gehouden in verband met de laatste ontwikkelingen bij de Surinaamse Luchtvaartmaatschappij (SLM), verklaarde directielid van het bedrijf, Steven Gonesh, dat het halen van de Boeing 777 een dure grap voor de SLM was. Uit het technisch onderhoud is gebleken dat er in het ergste geval rekening moest worden gehouden met een grote kostenpost voor reparatie en eventueel zelf vervanging van een van de motoren. Dat zou ruim US$ 300.000 kunnen kosten. Hierdoor hebben de directie en andere actoren binnen de SLM de beslissing genomen om gebruik te maken van de vervroegde terugkeer van de B777 naar Boeing.

Geen baroscoop B777

“Bij het binnenhalen van het vliegtuig is er geen baroscoopinspectie gepleegd. Maar dat wil niet zeggen, dat wij een onveilig vliegtuig hadden of dat wij onverantwoordelijk aan het vliegen waren”, laat Gonesh weten. “Het is straks 18 maanden dat de B777 bij SLM was. En door het dure onderhoud van de B777, heeft de maatschappij gemeend om die eerder terug te geven aan de eigenaar, Boeing”, vertelde Gonesh.

De Boeing 777 was door middel van een leasecontract binnengehaald. Hierbij waren de kosten voor de lease 310.000 US Dollar per maand. Verder waren er andere kostenaspecten die ruim boven de 300.000 US Dollar lagen.  Van april 2019 tot en met maart 2020 had het bedrijf een gebroken boekjaar met een verlies van 25 miljoen US Dollar. Tot en met 31 december 2020 had de SLM een schuldpositie van 102 miljoen US Dollar. De directieleden gaven aan dat de COVID-19-pandemie ook voor zwaar verlies heeft gezorgd binnen de vliegmaatschappij.

De overeenkomst van de SLM en Boeing voor de B777 was voor 18 maanden geldig. Momenteel zijn de twee bedrijven nog aan het onderhandelen om zaken goed af te ronden.