“De waarde die we hebben — niet alleen onderin, zoals olie en gas — maar ook boven, is groot. En dat moeten we nu inderdaad gaan monetizen.” Dat zei minister van Olie, Gas en Milieu (OGM), Patrick Brunings, deze week voorafgaand aan de vergadering van de Raad van Ministers (RvM). Op korte termijn, binnen een periode van zes maanden, wil het ministerie eraan werken dat de carbon credits aangeboden kunnen worden. Dit verklaarde de minister in antwoord op de vraag wat Suriname op korte termijn zal doen met de carbon credits.

Alles redelijk goed op orde

De minister legt uit dat alles redelijk goed op orde is. Het betreft een van de speerpunten waarop zijn ministerie zich momenteel richt. “We zullen het goed moeten marketen,” aldus de bewindsman. Het gaat om een concept dat verschilt van dat van buurland Guyana. “Het is veiliger, betrouwbaarder en waardevast,” benadrukt hij.

In de beginperiode zal een pilotproject worden opgestart, vooral omdat dit aspect nieuw is voor Suriname. Op basis van die pilot zal verdere invulling worden gegeven aan dit traject. “Het heeft lang geduurd,” erkent de minister, maar hij prijst zich gelukkig dat hij het voorrecht heeft dit aan de wereld te mogen aanbieden.

 Een carbon credit is een koolstofkrediet dat gekocht of verkocht kan worden door bedrijven, organisaties en individuen wanneer ze meer of minder CO2 uitstoten dan wettelijk toegestaan is. Dit krediet is als het ware een verhandelbare eenheid om CO2-uitstoot te compenseren. Als je financieel bijdraagt aan een project dat CO2 uit de lucht vewijdert óf dat ervoor zorgt dat er minder CO2 in de lucht komt, ontvang je daarvoor een carbon credit. Een carbon credit is hetzelfde als een CO2-certificaat.